De tijd dringt.
Nog maar 10 minuten en dan gaat hij af.
Matti bijt zenuwachtig op de binnenkant van zijn lip en kijkt geconcentreerd naar beneden waar Patrycja rustig de totalstation bedient.
Waarom schiet ze niet op? Wat denkt ze nou, dat het een spelletje is? Zou ze dan echt geen idee hebben wat het betekent als het misgaat?
Zenuwachtig kijkt hij om zich heen, maar er is niks. Alleen hij daar boven, met het geluid van de meeuwen.
Het kantoor is om de hoek. Fijn, zo’n klus dicht in de buurt, dat maakt alles een stuk makkelijker, dacht hij nog.
Niet vermoedend dat dit appartementencomplex aan de Coltbaan in Nieuwegein wel eens het laatste project hier kon betekenen.
Daar stond hij dan, overgeleverd aan de capaciteiten van Trix. Maar het leek haar niks te kunnen schelen. Ze deed maar wat en gaf niks om de strakke deadline waar streng op gecontroleerd werd.
‘Kom maar naar beneden, Matti, alles is klaar!’
Hè? Wat? Meende ze dat nou?
Enigszins verbaasd ging hij naar beneden waar hij een triomfantelijk kijkende Trix trof.
‘Hoe heb je dat zo snel gedaan?’ vroeg hij.
Ze klopte op de totalstation, stak haar hand naar hem uit en zei ‘De naam is Bond, Patrycja Bond. Warme chocomel?’
Hij lachte, liet de spanning los en antwoordde ‘Shaken, not stirred’